moosers

Minirecensies van RvH

Sympathieke voorstelling over drie mannen met hetzelfde leven. Je identiteit wordt toch bepaald door wat je meemaakt, dus wat gebeurt er als je twee anderen ontmoet die exact hetzelfde leven hebben? Om die leegte te vullen reconstrueren ze de levens van anderen aan de hand van krantenknipsels en vertellen ze die verhalen aan elkaar.
De tekst is goed geschreven, er wordt goed gespeeld en het spelplezier bij de acteurs is groot. Ook het thema is uiterst interssant. Het is daarom jammer dat regie en tekst bang zijn dat we ons gaan vervelen. In de tekst wordt daarom gebruik gemaakt van het plichtmatig teruglaten komen van elementen (Hé, die zin zat ook al in het begin!) en in het spel wordt soms tenenkrommend geschmierd. Niet nodig, het geheel is sterk genoeg. En dan is er nog iets wat me achtervolgt: als drie jongens op precies hetzelfde moment op precies dezelfde manier eenzelfde soort meisje tegenkomen, dan hebben die drie meisjes toch ook precies hetzelfde leven? Jammer dat die ontwikkeling niet werd doorgezet.

RvH gezien 07/09/2006

Onder regie van Ria Marks paaldanst, tapt en beweegt mimester Mariënhof de belevenissen van een neurotische jonge vrouw in de metro. Ze is voor alles bang, maar vooral voor het toeval, zodat ze ruim voor elke halte al voor de deur klaar gaat staan. Toch mist ze haar stop en komt zo vast te zitten in de metro. Al met al een interessant uitgangspunt, maar toch weet de voorstelling niet te boeien. Er is te weinig materiaal verzameld, de herhaling is groot. Herhaling van bewegingen was sterk geweest als ze gebruikt werd om, logisch gestructureerd, de neurose van de jonge vrouw aan te geven. Maar helaas, de gekte werd uitgebeeld door veel schudden en gekke bekken trekken. En wat die tapdans er nou mee te maken had? Met een betere dramaturgische lijn had het meer kunnen zijn, zo als het nu was slechts één tomaatje.

RvH gezien 03/09/2006

Ik heb geloof ik de laatste tijd niet zo´n beste kueze qua voorstellingen. Van verschillende kanten was mij deze voorstelling aangeraden, maar halverwege begon ik het gevoel te krijgen dat deze mensen of naar een andere voorstelling waren geweest of geen ogen en oren aan hun kop hebben of dat ik gewoon iets gemist heb. Wat ik heb gezien: slechte nichtenhumor, iets wat op cabaret leek, maar het niet was, tenenkrommend slecht acteerwerk, iets wat diepgang suggereerde (want we doen iets met Hamlet en een psycholoog) maar nog platter was dan een dubbeltje en een flintertje van een mooi plaatje (vader Hamlet bij kaarslicht). Mag het de volgende keer misschien een onsje meer zijn?

RvH gezien 20/05/2006 op Festival a/d Werf

Wat een sentimentele bende zonder enige diepgang. Bah! De eerste kromme tenen waren er al in het begin, door de verschrikkelijk kromme dialogen, boordevol redundante of dubbelop informatie (´Vertel eens waar je die vier jaar bent geweest´(vier zinnen later:) ´Je bent toch vier jaar weggeweest?´ (twee zinnen larer:) ´Vier jaar…´ enz enz). Ik begrijp best dat acteurs dat soort krukkige taal met de beste wil van de wereld niet zinnig hun strot uitkrijgen. Dat neemt niet weg dat er over het geheel echt heel erg slecht wordt gespeeld (terwijl Paula Bangels toch echt een acteursregisseuse is). Behalve door Peter de Graef die een fenomenale Travis neerzet. Vandaar het gewei. Maar als in het laatste halfuur de sentimentaliteitskraan schaamteloos voluit wordt opengezet, dan ga ik mij eerder irriteren, dan dat ik er in meega. Daar helpt geen briljant acteur aan. Ik hoop De Graef volgende keer een intelligentere voorstelling kiest om in te spelen.

RvH gezien 13/05/2006

Mooie enscenering van Fosse door Olivier Provily in een prachtig decor. Een verhaal hoe iemand haar eigen leven en dat van haar man verwoest door dat ze heel veel van haar leven wil maken en tegelijkertijd niet precies weet hoe en waarom. De dialogen zijn prachtig geschreven en de herhalingen in wisselende configuraties geven het onvermogen aan om gevoelens te verwoorden. Een goede vondst van Provily is dat de strak vormgegeven huiskamer gedurende de voorstelling steeds caotischer begint te worden. Het spel is simpel gehouden en het geheel verloopt tergend traag, wat de zinderende spanning huiskamer verhoogd. Maar naar het einde toe ook begint te irriteren, wat zowel een gewei als een tomaat oplevert.

RvH gezien 10/05/2006

Het is sowieso al een belevenis om (kinderloos) deze voorstelling mee te maken in een zaal vol kinderen. Het is immers een jeugdvoorstelling naar een prentenboek van Janosch, over een meisje dat wil dat haar vader een beer wordt. Zelden heb ik een voorstelling gezien, waar je met zulke simpele middelen zo effectief aan het fantaseren wordt gezet. Sanne van Rijn vertelt met heel weinig, maar veel liefde een klein verhaaltje over fantasie, vader-en-dochterliefde en over kind zijn. De spelers geven die fantasie vorm door middel van origamifiguren die door ´onzichtbare´ mannetjes worden bewogen. Alleen al die vondst en de gevouwen olifanten maken de voorstelling de moeite waard. Maar dat geldt ook voor de ontroerende vaarscène in de zelfgevouwen boot, de hilarische dode uil met vogelgriep en het voortreffelijke spel van vooral Carola Arons en Wim Opbrouck. Maar het allermooiste is om tweehonderd theaterbezoekertjes oprecht te zien genieten van belangwekkend theater. En als je zo´n kleine hoort zeggen dat in de laatste scène, waarin de beer gaat slapen, de bellenblaasbellen net sterren zijn, dan besef je hoe goed het is dat iemand af en toe je fantasieluikje weer eens helemaal open zet. En dat het met het toekomstige theaterpubliek wel snor zit.

RvH gezien 02/05/2006

Het Leidse gezelschap van Paul Koek zet met Smekelingen zijn eerste grote voorstelling neer in de Leidse Schouwburg. Na zijn Dede le Taxi waren de verwachtingen hoog gespannen en Koek maakt ze helaas niet waar. De tragedie van Euripides heeft ontzettend veel actualiteitswaarde, maar die raakt ondergesneeuwd in een teveel aan vondsten en een overdaad aan muziek. De eerste uur en drie kwartier is alles prachtig in balans, maar nadat de Atheners optrekken naar Thebe ontspoort het geheel hopeloos. Onnodig gebruik van video, een teveel aan vondsten, een ongetwijfeld hilarisch bedoelde, maar tenenkrommende zelfmoordscène en een afstandbestuurbaar vliegtuigje en overal percussie onder: het is gewoon teveel. Als Koek de laatste drie kwartier schrapt dan krijgt hij vier geweitjes. Want in het eerste deel bewijst hij nog steeds prachtig muziektheater te kunnen maken.

RvH gezien 21/04/2006

Het prachtige decor (een realistische voetbalkantine) belooft heel veel. En er zijn ook hele hoge verwachtingen geschept door Bambie 8 en 9. Maar helaas maken de heren het niet waar. Vier mannen in een voetbalkantine proberen allerlei manieren te vinden om zich in de boze buitenwereld te begeven en falen, ondanks de poëtische pogingen.
Het gebrek aan structuur en de ondoordachtheid waarmee de scènes elkaar opvolgen, ondermijnen het geheel. Doordat één van de mannen in het begin op zijn gemak een bal van het dak gaat halen, wordt de angst voor ´buiten´, wat de rode draad zou moeten zijn, ondergraven. De voorstelling zou ook nog over cynisme gaan, maar dat heb ik even gemist.
Toch een gewei voor de fantastische visuele vondsten, waarin de heren van Bambie natuurlijk ware meesters zijn. En het is bovendien knap dat je met een dergelijke voorstelling een groep ckv´ers (op de goede manier) uit hun dak kan laten gaan.

RvH gezien 10/02/2006

Ik moest na twee uur zitten toch nog even gaan zitten en dat heb ik lang niet meer gehad. In Platform wordt afgerekend met de morele dominantie van de westerse wereld. Zoals ook in Titus vraagt Simons zich af welke beschaving er eigenlijk te verdedigen valt. Op een veellagige en toegankelijke, ontroerende en humorvolle manier (Els Dottermans met een niet gespeelde slappe lach)wordt getoond dat de huidige wereld oneindig veel complexer is dan sommige populisten ons willen doen geloven. Eindelijk weer eens theater wat er toe doet. Hulde ook voor de jonge spelers. Alleen jammer dat op het eind alles nog een keer wordt uitgelegd. De sterke beeldentaal zei al genoeg. Maar er zijn geen kwart tomaatjes.

RvH gezien 07/02/2006

Het is al weer een tijd geleden dat ik zulke pretentieuze onzin heb gezien. Albanese zangers, piep-knars-knor-geluidjes, een hip decor, een loodzware vertaling, een declamatoire jaren 50 speelstijl en actrices in wufte jurkjes. En dat alles zonder enige noodzaak, logica of samenhang. Al na een kwartier begon ik me af te vragen hoe ik dit nog een uur ging volhouden. Elektra is nog steeds een goede tekst, die ook nu nog relevant kan zijn. Maar dan moet je wel KEUZES MAKEN, een betere vertaling kiezen en een speelstijl gebruiken die we niet sinds 1969 achter ons hebben gelaten. Dan heb je kans dat je het publiek bij de voorstelling betrekt, in plaats van hen door een zuurstofarm geheel op een grote, koude afstand te houden.

RvH gezien 16/01/2006
12 > >>
Syndicate content