theaterpraat

Amsterdamse instellingen willen meer buitenlands theater

Toneelgroep Amsterdam, de Stadsschouwburg en het Holland Festival hebben een plan opgesteld om jaarlijks tien buitenlandse producties naar Amsterdam te halen en twee coproducties op te zetten. “Op muziek- en museumgebied is Amsterdam met het Concertgebouw, het Muziektheater en het Van Gogh museum toonaangevend in Europa”, aldus Stadsschouwburgdirecteur Melle Daamen, “Maar op toneelgebied blijven we achter in vergelijking met bijvoorbeeld Berlijn of München.”
Het probleem is de kostenstijging van internationale produkties. “Op dit moment kunnen wij grote, belangrijke producties niet naar de stad halen. Internationale theatergrootheden als Christoph Marthaler of Frank Castorf gaan aan onze neus voorbij. Zelfs groepen als die van Alain Platel of Les Ballets C de la B. kunnen we niet meer betalen”.
Het plan kost 2,7 miljoen euro, waarvan 1,9 miljoen afkomstig is uit de reguliere programmabudgetten van Toneelgroep Amsterdam en de Stadsschouwburg. Acht ton moet van de gemeente Amsterdam komen, één ton van diverse fondsen. De gemeente Amsterdam heeft budget beschikbaar voor de internationale positionering van de stad in het kader van ‘Amsterdam Topstad’. Op 27 september beslist de gemeenteraad over te toekenning van die gelden. (NRC, 16/9/06)