Oud Archief

Moose Spreekt

Kleutertoneel

Afgelopen zondag heeft de kleutervoorstelling 'Ola Pola Potloodgat' de Grote Theaterfestivalprijs gewonnen. Dat is ernstig. Niet omdat het geen goede voorstelling is, ook niet omdat we Pascale Platel de zak met euro's misgunnen. Wel omdat het een teken is van de voortschrijdende debilisering van het Nederlandse theater. Dat een voorstelling voor vierjarigen de prijs wint van het meest prestigieuze theaterfestival van Nederland en Vlaanderen is een symptoom van een trend in de maatschappij en het theaterveld. Dat de juryleden directeuren zijn van grote organisaties in het theaterveld maakt het nog verontrustender.

De selectie van het festival heeft dit jaar het nodige stof doen opwaaien. Veel van de voorstellingen waren niet eerder te zien in Nederland, veel voorstellingen waren gemaakt voor de kleine zaal. De selectie-jury had de gebeurtenissen van het afgelopen jaar in gedachten gehouden bij het selecteren van voorstellingen. Festival directeur Arthur Sonnen noemde de keuze wild en woest. Criticus Wilfred Takken noemde haar obscuur en dramaturgisch.

De erejury bestond dit jaar drie grote belangrijke directeuren uit het Nederlandse Theaterveld: Kees Vuyk van het Theater Instituut Nederland, Martin van Ginkel van het nieuwe Fonds voor Podiumprogrammering en Marketing en Henk Jan Gortzak van het Amsterdams Fonds voor de Kunst. Deze heren hebben veel gezien, het zijn professionele kijkers. Maar, zo valt te lezen in hun juryrapport, bij het maken van hun keuze hebben ze hun theaterervaring niet gebruikt als criterium. Ze hebben hun culturele bagage afgelegd en een imaginaire persoon bedacht: iemand die nog nooit theater heeft bezocht. Bovendien hebben ze ook nog voor deze imaginaire persoon lopen nadenken. De jury stelde zichzelf de vraag: "Na het zien van welke voorstelling zou deze fantasie-figuur nog een keer naar het theater willen gaan?" Zo kwamen ze uit bij een aangename voorstelling voor vier plus.

Het is echter niet de taak van het toneel om mensen vaker naar het toneel te laten gaan. Dat moeten CKV-docenten doen, ouders, jongeren paspoorten, marketing managers, festivaldirecteuren maar vooral het publiek zelf. Maar dat publiek lijkt de laatste tijd in opstand gekomen. Leuk en aardig moet toneel zijn, en lachen is een vereiste. Nieuw is dat ook professionele kijkers hun afkeer van 'moeilijk doen' betuigen.

"Of ik wel lang en hard genoeg heb gepeinsd over de psychologie, de filosofie, de politieke inhoud van een voorstelling, doet er niet zoveel toe. Het nadenken speelt geen grote rol." schreef Wilfred Takken bij zijn alternatieve selectie voor het Festival in NRC Handelsblad. De erejury sprak de wens uit "dat er meer van dit soort associatieve voorstellingen gemaakt zouden worden in de toekomst". Voorstellingen "die nergens over gaan maar alles in zich hebben". Kortom: er is een algemeen verlangen naar voorstellingen die zich volkomen richten op de fantasie, op de kleine persoonlijke beleving, en die de huidige gevaarlijke wereld buitensluiten. Het is escapisme.

Het afgelopen jaar hebben we moeten leren omgaan met de gevolgen van een wereld met minder vanzelfsprekende veiligheden en minder maatschappelijke verantwoordelijkheid. Toneel kan zich daar niet aan onttrekken. Toneel is geen avond lekker wegdromen. Maar met anderen een visie op jezelf en de wereld gepresenteerd zien. En je dan schamen, wanhopig voelen, de wereld herkennen, en dan die wereld opnieuw en anders willen proberen te begrijpen. Grote Mensentoneel. Dat is moeilijk, maar het theater is geen plek om weg te dromen. Want we zijn geen kinderen meer.

Al een paar keer hoorde Moose het commentaar dat deze winnaar wel iets zegt over de staat van het 'volwassen' theater. Dat is onterecht. Het gaat best goed met het volwassen theater, zoals genoeg voorstellingen tijdens het afgelopen festival aantoonden. De echte vraag is anders: wat zegt dit over het volwassen publiek?

zie ook: Kort Nieuws: VNG, 15/9/02
en ook: Moose op het Theaterfestival 2002
en ook: Dossier Toneelprijzen: De Grote Theaterfestivalprijs 2002
en ook: Minirecensies: 'Ola Pola Potloodgat'

praat mee

schrijf een mini